De LAP beoordeelt alle aanvragen voor toekenning, herbeoordeling en opheffing van een LFPZ-indicatie en brengt vervolgens een onafhankelijk advies uit aan de minister van Justitie en Veiligheid.
De procedures voor de behandeling van deze aanvragen worden hieronder schematisch weergegeven.
Procedure beoordeling aanvraag tot toekenning van een LFPZ-indicatie
-
Toekenning LFPZ-indicatie
-
De LAP beoordeelt of verblijf in een LFPZ-voorziening geïndiceerd is.
-
Als een FPC concludeert dat er geen behandelmogelijkheden meer zijn en een tbs-gestelde niet veilig in een voorziening met een lager beveiligingsniveau kan verblijven, dient een FPC een aanvraag in voor plaatsing in een LFPZ-voorziening.
-
De aanvraag is voorzien van een recente multidisciplinaire Pro Justitia rapportage.
-
Het FPC wordt in de gelegenheid gesteld om te reageren op deze rapportage.
-
De advocaat van de tbs-gestelde wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze minimaal drie werkdagen voorafgaand aan de vergadering in te dienen bij de LAP.
-
De LAP beoordeelt de aanvraag op basis van een uitvoerig dossieronderzoek. Tevens bezoekt de LAP de tbs-gestelde in het FPC waar hij verblijft. Tijdens het gesprek wordt de tbs-gestelde in de gelegenheid gesteld om aan te geven hoe hij tegen de aanvraag aankijkt.
-
De LAP beoordeelt de aanvraag en weegt hierbij zowel de belangen van de tbs-gestelde als de belangen van de maatschappij mee. Voorts wordt beoordeeld of alle minder ingrijpende opties zijn benut. Het beleidskader is leidend bij deze beoordeling.
-
De LAP brengt onafhankelijk advies uit aan de Divisie Individuele Zaken (DIZ) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Hier wordt namens de minister van Justitie en Veiligheid een beslissing genomen op de aanvraag. Het FPC, de tbs-gestelde en zijn advocaat ontvangen een afschrift van de beslissing en het onderliggende advies.
-
Procedure herbeoordeling LFPZ-indicatie
-
Herbeoordeling LFPZ-indicatie
-
De LAP beoordeelt of een LFPZ-indicatie en verblijf in een LFPZ-voorziening dienen te worden voortgezet.
-
De LFPZ-voorziening dient iedere twee jaar een herbeoordeling in, onderbouwd met argumenten om de voortzetting van het verblijf binnen de LFPZ te rechtvaardigen. Indien de LFPZ-voorziening een voortzetting van het verblijf binnen de LFPZ niet gerechtvaardigd vindt, wordt er een verzoek tot opheffing van de LFPZ-indicatie gedaan.
-
De tbs-gestelde wordt ten minste eens per vier jaar onderzocht door externe Pro Justitia rapporteurs in het kader van verlenging van de tbs-maatregel. Zij adviseren dan tevens over de wenselijkheid en noodzaak om het verblijf in een LFPZ-voorziening voort te zetten.
-
De LFPZ-voorziening wordt in de gelegenheid gesteld om te reageren op het multidisciplinaire onderzoek.
-
De raadsman van betrokkene wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze minimaal drie werkdagen voorafgaand aan de vergadering in te dienen bij de LAP.
-
De LAP beoordeelt de aanvraag op basis van een uitvoerig dossieronderzoek. Tevens bezoekt de LAP de tbs-gestelde in de LFPZ-voorziening waar hij verblijft. Tijdens het gesprek wordt de tbs-gestelde in de gelegenheid gesteld om aan te geven hoe hij tegen zijn verblijf in de LFPZ aankijkt.
-
De LAP beoordeelt de aanvraag, waarbij de vraag centraal staat of een verlenging van de LFPZ-status noodzakelijk en passend is, of dat behandeling of verblijf in een minder beveiligde setting is aangewezen.
-
De LAP brengt onafhankelijk advies uit aan de Divisie Individuele Zaken (DIZ) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Hier wordt namens de minister van Justitie en Veiligheid een beslissing genomen op de aanvraag. Het FPC, de tbs-gestelde en zijn advocaat ontvangen een afschrift van de beslissing en het onderliggende advies.
-
Procedure beoordeling aanvraag tot opheffing van een LFPZ-indicatie
-
Opheffing LFPZ-indicatie
-
De LAP beoordeelt of een LFPZ-indicatie dient te worden opgeheven en daarmee of een verblijf in een LFPZ-voorziening dient te worden beëindigd.
-
Een LFPZ-voorziening dient een verzoek in tot opheffing van de LFPZ-indicatie als er mogelijkheden worden gezien voor een op verandering gerichte behandeling of als er mogelijkheden zijn ontstaan voor een verblijf in een lager beveiligde setting.
-
De LAP beoordeelt de aanvraag en zal positief adviseren over het verzoek tot opheffing van de LFPZ-indicatie indien er mogelijkheden worden gezien voor een op verandering gerichte behandeling in een FPC, dan wel een verblijf in een setting met een lager beveiligingsniveau (zoals een longcare-voorziening of een instelling voor Geestelijke Gezondheidszorg).
-
De LAP brengt onafhankelijk advies uit aan de Divisie Individuele Zaken (DIZ) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Hier wordt namens de minister van Justitie en Veiligheid een beslissing genomen op de aanvraag. Het FPC, de tbs-gestelde en zijn advocaat ontvangen een afschrift van de beslissing en het onderliggende advies.
-